Indianen in Suriname

In Nederland is ‘inburgering’ een soort mantra geworden als het gaat om ‘vreemdelingen’. Nooit gaat het hierbij om Duitsers, Japanners of Amerikanen. Meestal gaat het dan om de ‘aanpassing’ van bijvoorbeeld Turken en Marrokanen aan ‘de’ Nederlandse cultuur. Hilarisch zijn natuurlijk de situaties waaruit blijkt dat het met de kennis van autochtone Nederlands over hun cultuur niet altijd meevalt. U kunt zich misschien herinneren dat niet zo lang geleden een ‘Surinamer’ het Nationale Dictee won. Maar hoe is het gesteld met uw kennis van Suriname, haar inwoners en de Surinaamse cultuur (wat dat dan ook moge zijn)?
Op deze pagina kunt u zelf nagaan in hoeverre uw kennis van de oudste bewoners van Suriname up-to-date is. Wat weten we over de indianen? Het accent wordt hier gelegd bij de taal; de culturele drager bij uitstek. In het Engels hanteert men tegenwoordig de term Amerindians. Zo probeert men verwarring te voorkomen met de bewoners van India. Uiteindelijk was het Columbus die de grote verwarring begon om de mensen die hij in het Caraibisch gebied aantrof. In Suriname noemen we de inwoners die afstammen van de migranten die uit India kwamen Hindustanen. En indianen blijven we indianen noemen. Maar wat weten wij over deze inwoners van Suriname?
‘De indiaan’ bestaat niet, evenmin als ‘de Surinamer’ bestaat. Wij kunnen allereerst een onderscheid maken tussen de verschillende groepen indianen:

 

  • Trio
  • Akuriyo
  • Wayana
  • Tunayana (ook wel genoemd de Katwena)
  • Mawayana
  • Sikïiyana
  • Kar’ina (ook wel genoemd de Caraiben)
  • Lokono (ook wel genoemd de Arowakken)

 

Deze informatie is gedeeltelijk afkomstig van dr. Eithne B. Carlin, docent Talen en Culturen van Indiaans Amerika aan de Universiteit van Leiden en een authoriteit vooral voor wat betreft Suriname. dr. Carlin doet regelmatig onderzoek in Suriname. Het onderdeel over ‘Tunayana (Katwena)’ en is afkomstig van Roland Hemmauer, promovendus bij de Leiden University Centre for Linguistics (LUCL).
dr. Carlin publiceerde o.a.:

  • ‘Feeling the need: The borrowing of Cariban functional categories into Mawayana (Arawak)’. (2006). In: Alexandra Y. Aikhenvald and R.M.W. Dixon (eds.) Grammars in Contact: A cross-linguistic perspective’, Explorations in Linguistic Typology, Vol. 4. Oxford: Oxford University Press, pp. 313-32.
  • [with co-editor Grazyna J. Rowicka), (2006). What’s in a verb? Studies in the verbal morphology of the languages of the Americas. Utrecht: LOT, Occasional Series, pp.252.
  • A Grammar of Trio, a Cariban Language of Suriname. (2004). Duisburg Papers on Research in Language and Culture, 55, Frankfurt etc.: Peter Lang, pp. 549.
  • ‘The experiencer role in the expression of mental states and activities in Trio’. (2003) Amerindia (Paris), 28:161-182.
  • [with co-editor Jacques Arends], Atlas of the Languages of Suriname. (2002). Leiden and Kingston: KITLV Press and Ian Randle Publishers, pp. 345.
  • ‘Of Riches and Rhetoric: Language in Suriname. (2001). In: Rosemarijn Hoefte and Peter Meel (eds.), 20th Century Suriname: Continuities and Discontinuities in a New World Society. Kingston and Leiden: Ian Randle Publishers and KITLV Press, pp.220-243

Dr. Eithne B. Carlin
Talen en Culturen van Indiaans Amerika (TCIA)
Leiden University Centre for Linguistics (LUCL)
Universiteit Leiden
Postbus 9515
2300 RA Leiden – Nederland
telefoon.: +31 (0) 71 527 2624

e.b.carlin@let.leidenuniv.nl

 Indiaansche Kamp (1902)

TRIO

STIGMATISERING & MARGINALISERING

De Trio leven hoofdzakelijk van de landbouw, aangevuld met visserij, jacht en het verzamelen van wilde vruchten uit het woud. Ook wordt er handel gedreven met de Marrons en met mensen uit Paramaribo, de hoofdstad van Suriname. Het Trio gebied is te bereiken door middel van chartervluchten vanuit Paramaribo. Ondanks dat de Trio zelfvoorzienend zijn, staan zij als etnische groep binnen de nationale context onderaan de sociale ladder, waardoor zijgestigmatiseerd worden en zich ook zo voelen. Paradoxaal is dat het Trio, hoewel bedreigd, een dominante taal is en overgenomen werd als tweede of derde taal door de andere Indiaanse groepen die ook in deze Trio dorpen wonen (bv. Tunayana (Katwena), Mawayana, Sikïiyana). Aangezien steeds meer groepen de Trio taal overgenomen hebben, wordt hierdoor de taal langzaam ontdaan van de oude complexere zinsvormen en constructies. Andere invloeden op de Trio taal en cultuur zijn het onderwijs, de gezondheidszorg, en de bestuurlijke inrichting die vanuit Paramaribo worden opgelegd. Hierdoor worden de eigen opvattingen en ideeën steeds meer beïnvloedt door westerse culturen. Het onderwijs, waarin de voertaal Nederlands is, is grotendeels gericht op het taalonderwijs, gebruikmakend van een methodologie van formeel onderwijs dat botst met de manier waarop de Trio eeuwenlang hun kennis aan hun kinderen hebben overgedragen. Door dit gebrek aan inzichten in de cultuur van de Trio is er weinig succes te boeken in het huidige onderwijssysteem. Tegelijkertijd wordt het de Trio kwalijk genomen dat zij niet beter kunnen integreren in de Surinaamse staat. Het Trio heeft vele begrippen, die rechtstreeks te maken hebben met hun gevoel en emotie voor hun natuurlijke omgeving. Dit zullen zij in een andere taal niet terugkrijgen. Dus het veranderen van taal betekent eveneens het veranderen van hun cultuurbeleving en ook de directe relatie die zij met hun omgeving hebben. Taal onderscheidt hen van anderen, en behoudt het gevoel voor hun cultuur en geeft hen een bijzondere culturele gevoelswaarde, die overdraagbaar is aan volgende generaties. Hiermee blijft hun cultuur in stand. Een cultuur, die eeuwenlang verweven was met hun natuurlijke omgeving, wereldvisie en religie.

Het dorp Tëpu vanuit de lucht (foto: Eithne B. Carlin)

De Trio taal in Suriname ; Een lingua franca in het zuiden

Het Trio is een kleine bedreigde taal die gesproken wordt door ca. 2000 sprekers in het tropische regenwoud aan weerszijden van de Surinaams-Braziliaanse grens. Het is dan ook de meest gesproken inheemse taal in Suriname. De taal van de Trio hoort bij de Caribische taalfamilie, een van de grootste taalfamilies van Zuid Amerika. Van de ongeveer 60 talen van deze familie zijn er nu nog maar 20 over, die door meestal kleine groepen mensen gesproken worden. De naam die de Trio als ethnonym gebruiken is Tarëno: deze naam bestaat uit twee elementen, namelijk tarë datgeen betekent ‘hier’ en -no datgeen betekent ‘persoon’ of ‘personen’ dus de betekenis van hun naam is: ‘de mensen hier’. In deze naam wordt de formatie voor wat wij kennen als de Trio groep gereflekteerd, namelijk de etnische groep Trio is een amalgamatie van kleinere etniën die aangezichts hun daalende antalen wegens ziektes en oorlogen bij elkaar kwamen om één grote groep te vormen zodat ze verder konden blijven bestaan. Deze groepen waren o.a. de Aramayana, de Aramicho, de Arimihoto, de Maraso, de Okomoyana, de Pïrëuyana, de Pïropï, en de Kirikirikoto. In het begin van de 17e eeuw bestonden deze groepen als aparte etniën over de hele breedte van Suriname, van de Marowijne tot de Corentyne, tot op de hoogte van waar nu de Saramacaaners leven, en ook in de aangrenzende gebieden van Frans Guyana en Brazilië. De belangrijkste Trio dorpen in Suriname zijn Kwamalasamutu, Sipaliwini, Palumeu, en (Përëru) Tëpu. De namen van de dorpen zijn in het Trio Kwamarasamutu ‘plaats van bamboe en zand’, Sipariwini ‘rivier van de stekelrog’, Paruma, datgeen een boomsoort is, en Përëru Tëpu’Kikker-rots’.

In 1843 stuitte een duitse ontdekkingsreiziger (Robert Schomburgk in dienst van de engelse regering als ‘boundary commissioner’) tijdens een reis door het regenwoud langs de Corentijne rivier op een dorp van Trio-sprekers bij de monding van de Kutari rivier. Na deze eerste ontmoeting volgden er meerdere expedities richting de Trio en rond 1960 kwamen zij ook in contact met zendelingen. Het leven van de Trio is door deze gebeurtenissen aanzienlijk veranderd. Maar ook vandaag de dag verandert er nog steeds erg veel in de maatschappij van de Trio. Hoewel verandering onvermijdelijk en inherent is aan culturen, is het verlies van identiteit iets dat in de toekomst voor ernstige problemen kan zorgen. Eén van de belangrijkste aspecten voor het behoud van identiteit en cultuur is het beschermen van en respect voor de taal.

AKURIYO

De Akuriyo’s zijn pas in de jaren ’70 ‘ontdekt’. Deze groep indianen leefde nog in het stenen tijdperk. We citeren even uit De West (Juli 1975), een krant in Suriname:
Enige werknemers van de Geologisch Mijnbouwkundige Dienst hadden de zendeling Art Yohner kortgeleden medegedeeld, dat zij verse voetsporen hadden gezien op een trace, dat pas was opengekapt van de Pimba (Awalihpan) naar de Toetoe-kreek. De mededelingen waren zo zuiver, dat de zendling hierin een aanwijzing zag van God, dat het gebied bereisd diende te worden.
Met toestemming van de Regering mocht naar de “wilde” indianen worden gezocht.

Vorige onderzoekingstochten hadden in hetzelfde gebied niets opgeleverd. Ook in nabijgelegen streken had men geen sporen van mensen gevonden.
De Akoerio Irikina van wie men verhalen had gehoord, zou volgens het oordeel van velen reeds lang gestorven zijn….. Men geloofde eenvoudig niet, dat er nog onbekende stammen waren in de oerwouden van Suriname….
Op 28 juni verliet de expeditie het kamp aan de Toetoe-kreek…..Reeds de volgende morgen zag men de eerste tekenen van de Akoerio’s. Ze hadden kleine takken afgebroken van bomen en struiken om de weg te kunnen terugvinden. Ook zag men voetsporen. Tot grote verbazing van de woudlopers hing daar een rook lucht. Kort daarop vond men een boom, welke in brand was gestoken……
De meeste Akoerio’s beschikken niet over middelen om vuur te maken. Om in leven te kunnen blijven moeten de Akoerio’s er voor zorgen steeds over een brandend stuk hout te beschikken.

……meer volgt.

 De ontdekking van een Akuriyo vrouw met haar kinderen (De West, 1975)

WAYANA

ALGEMENE ORIËNTATIE

Op dit moment leven de Wayana in de Amazone-regenwouden in Suriname, Frans Guiana en Noord Brazilië. In Suriname wonen de Wayana aan de Lawa-rivier, die de zuidelijke grens tussen Suriname en Frans Guiana vormt. De bovenloop wordt de Litani en de Aletani genoemd door de Wayana. Ook leven er Wayana in Apetina (Pïlëuimë) en Palumeu, twee dorpen langs de Tapanahoni rivier. Een klein aantal leeft in Noord Brazilië, waar de Wayana oorspronkelijk vandaan komen.

 Het Wayana-dorp Apetina (foto: Eithne B. Carlin)

Aangenomen wordt dat de Wayana oorspronkelijk uit de noordelijke regionen van de Amazonedelta komen. Ze woonden er verspreid in kleine dorpjes. In de 18e eeuw begon de migratie noordwaarts richting Frans Guiana en Suriname op de vlucht voor de aanvallen van naburige groepen die van wapens waren voorzien door de Portugezen. Bij hun aankomst in Suriname begonnen sommige Wayana te handelen met de Ndyuka Maroons, waaruit een pidgin-taal ten behoeve van die handel werd gecreëerd. Die werd later vervangen door het Sranantongo. Rond 1865 nodigden de Nyduka Marrons de Wayana uit om te komen wonen langs de Palumeu en Tapahoni rivieren. Tot op de dag van vandaag zijn de Surinaamse Wayana hier gevestigd. Afgezien van de ruilhandel met de Marrons en een enkel bezoek door ontdekkingsreizigers, leefden de Wayana relatief geïsoleerd tot de komst van grens- en zendelingsposten in het gebied in de loop van de 20e eeuw. Tot die tijd leefden ze in kleine dorpjes, maar met de komst van poliklinieken verhuisden de meesten naar de zendelingsdorpen op zoek naar medische hulp. Helaas bleven veel voorzieningen vaak slecht of niet beschikbaar, zoals onderwijs.

De migratie naar andere gebieden heeft inmiddels enorme gevolgen voor de Wayana ten gevolge van overheidsbeleid en door het binnendringen van hun land door illegale houtkappers en mijnbouwers in de grensgebieden. Dit veroorzaakt niet alleen milieu- en gezondheidsproblemen, maar ook sociale achteruitgang van de Wayana ten gevolge van stijgende criminaliteit, prostitutie, HIV, etc. Een meer positieve kant is dat Suriname wint aan populariteit als toeristische bestemming, vooral binnen het ecotoerisme. De dorpen Palumeu en Apetina hebben beiden eco-lodges. Deze bieden de bezoeker een keur aan natuurlijke en culturele attracties. De lokale gemeenschap, afhankelijk van de omgeving voor haar voortbestaan, profiteert van het natuurbehoud in het kader van dit type toerisme.

De afgelopen eeuw lijkt de grootste veranderingen voor de Wayana te hebben gebracht. De overgang van een nomadisch bestaan naar een vaste verblijfsplaats heeft tot gevolg dat ze zelden hun nederzettingen verplaatsen. Hierdoor raken de natuurlijke hulpbronnen rond hun dorpen uitgeput, met als gevolg een grotere afhankelijkheid van moderne infrastructuur. Ook zijn de Wayana zich meer en meer bewust van hun eigen situatie. Ontwikkeling wordt gelijkgesteld aan het aannemen van een andere cultuur en de vraag is of dit uiteindelijk positief of verwoestend zal blijken voor de Wayana en hun taal.

MONDELINGE TRADITIES

De Wayana beschikken over een rijke mondelinge traditie, vervat in vele vormen zoals verhalen, mythen en liederen over geesten. Mondelinge tradities zijn belangrijke bronnen van informatie en vormen de basis voor het begrijpen van inheemse culturen en hun historie. Bij de Wayana geven zij inzicht in het cyclische – zoals gesteld tegenover lineaire – tijdsbesef waarbinnen heden en verleden niet van elkaar gescheiden zijn. Ook laten de mondelinge tradities iets zien van de veranderlijke wereld van de Wayana: geesten transformeren in dieren en mensen door hun uiterlijke verschijning of “kleding” te veranderen. Ook van groot belang voor de Wayana zijn hun geestesliederen, de ëlemi.

 Kulepe, een meesterkenner van de orale tradities van de Wayana
(foto: Eithne B. Carlin)

TAAL = CULTUUR = IDENTITEIT

Het Wayana als taal is onderdeel van de Caribische taalfamilie. Deze bestond uit 39-60 talen uit Zuid-Amerika, die gesproken werden van de Colombiaanse Andes tot in Brazilië en de Guyana’s. Veel van deze talen zijn echter al uitgestorven. Wayana wordt vandaag de dag nog gesproken door ongeveer 1000-1500 mensen. Hiervan leven er ongeveer 450 in Suriname.
De Caribische talen zijn morfologisch complexe talen, die grammaticale functies aanduiden doormiddel van affixen, voornamelijk suffixen. Dat wil zeggen dat waar Europese talen vaak hele (bij)zinnen nodig hebben, hetzelfde begrip in het Wayana door één woord beschreven wordt, zoals blijkt uit het volgende voorbeeld: uhmo-po-topo-npï-po fall-caus-tmp.nom-pst-loc “Bij de plaats waar zij was doen vallen (vermoord).”

Taal en cultuur zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De kenmerken van een taal, zoals de grammatica en het vocabulaire, weerspiegelen dan ook in belangrijke mate de cultuur en wereldbeleving van haar inheemse gebruikers. De Wayana uit Apetina hebben hulp gevraagd aan westerse onderzoekers om hun taal en orale tradities vast te leggen, voordat deze totaal verdwenen zijn. Helaas is het tot op heden, ondanks het enthousiasme van de Wayana om hun taal en cultuur te laten onderzoeken, zelden voor hen mogelijk gemaakt om de daadwerkelijke onderzoeksresultaten te bekijken, te doorgronden of er de vruchten van te plukken. Dit is vaak het geval binnen onderzoek, gedaan onder inheemse groepen. Hopelijk verandert dit documentatieproject hier iets aan.

TUNAYANA (KATWENA)

De Tunayana en Katwena in het zuidwesten van Suriname zijn bijna onbekend in de surinamistiek, laat staan in de overige westerse wereld. Zij maken etnisch deel uit van de bekendere Waiwai-groep, maar wonen samen met de Trioindianen en een aantal andere indiaanse minderheden in het Surinaamse dorp Kwamalasamutu . Anders dan de meeste Waiwai’s hebben de Tunayana en Katwena een bijzondere geschiedenis achter de rug.
Als oorspronkelijke bewoners van het stroomgebied van de Trombetas in Noord-Brazilië hadden ze tot de tweede helft van de 20e eeuw bijna nooit contact met mensen uit westerse culturen. Dit veranderde snel in de jaren 60, toen zendelingen in het zuiden van Guyana (het toenmalige Brits Guiana) een missie onder de Waiwai’s opzetten en er vervolgens naar streefden om ook de indianen in het naburige Brazilië te overtuigen om zich bij de Waiwai’s in Guyana aan te sluiten.

Hoewel de meeste groepen die op die manier waren bereikt, in de daaropvolgende jaren inderdaad in de missie in Guyana terechtkwamen, gaat dit voor de Tunayana en Katwena maar gedeeltelijk op. Nadat begin jaren 60 ook een missie onder de Trio’s in Alalapadu in het zuiden van Suriname was ontstaan, zochten de daar gevestigde Trio’s door toedoen van de zendelingen de Tunayana en Katwena op met hun eigen expedities, met als doel om deze naar de missie in Alalapadu te halen. Een groot deel van de Tunayana en Katwena trok vervolgens naar Suriname en kwam dus onder de Trio’s in Alalapadu terecht.

Toen het hele dorp Alalapadu in 1976-77 verhuisde naar het toen nieuw gestichte dorp Kwamalasamutu aan de rivier de Sipaliwini, volgden ook de Tunayana en Katwena naar het nieuwe dorp en sloten ook andere Tunayana en Katwena, die eerst naar Guyana waren gegaan, zich aan bij hun verwanten in Suriname. Tegenwoordig maakt de groep van de Tunayana en Katwena naast de meerderheid van de Trio’s (800-900 mensen) de grootste groep in Kwamalasamutu (ca. 150 mensen) uit.

 Spreker van het Tunayana-Katwena in Kwamalasamutu,
met zijn fluit in de hand. Hij is een van de vertellers
van de mythe van Taana (foto: Roland Hemmauer)

EEN TAAL VERDWIJNT; WAT WORDT ERTEGEN GEDAAN?

Hoewel de Tunayana en Katwena een van de grotere groepen in het dorp Kwamalasamutu zijn, wordt hun oorspronkelijke taal, het Tunayana-Katwena, nog maar door een klein aantal mensen actief gesproken, met name door de oudere generatie, boven de 50 jaar. Het is dus een taal die in de komende 30 jaar zal verdwijnen als de oudere generatie er niet meer is. De middelste generatie begrijpt hun ouders nog wel, maar spreekt zelf Waiwai, de gezamenlijke taal van alle Waiwai-groepen waarin de bijzonderheden van het Tunayana-Katwena niet zijn opgenomen. Ook wordt de taal in de context van dit multi-etnische dorp niet meer aan de jongeren doorgegeven, die in plaats daarvan alleen het Trio en soms nog het Waiwai leren.

Het taalsterven op aarde is de afgelopen vijftig jaar zorgwekkend toegenomen en zal in de toekomst alleen nog maar versnellen. Als talen uitsterven en mensen naar een andere taal overstappen, gaat niet alleen een grote rijkdom aan taaldiversiteit verloren (vergelijkbaar met het verlies van biodiversiteit bij dieren en planten), maar ook de kennis en de orale tradities die aan die taal zijn verbonden en die dus een belangrijk onderdeel zijn van het cultureel erfgoed en van de identiteit. Elke taal heeft zijn eigen uitdrukkingskracht en kenmerken die men wellicht in geen andere taal ooit zal terugvinden. Als er ook maar één taal verdwijnt, verslechtert onze kennis van de rijkdom van culturele uitingen van de mensheid aanzienlijk.

 Twee spreeksters van het Tunayana-Katwena in Kwamalasamutu.
De vrouw rechts is tegelijk de oudste spreekster van de taal
in het dorp (foto: Roland Hemmauer)

Wat wordt er nu in het geval van de Tunayana en Katwena van Suriname tegen gedaan? In de loop van dit project, ondersteund door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en uitgevoerd bij de Universiteit Leiden, worden mythologische verhalen, liederen, instructies voor het gebruik van cultuurgoederen (bv. pijl en boog), levenslopen en andere teksten van de Tunayana en Katwena in beeld en geluid opgenomen en zowel aan de wetenschap als aan de bevolking zelf ter beschikking gesteld. Dit is de wens van de bevolking en moet het bewustzijn voor en de kennis van hun eigen taal en cultuur opnieuw doen opleven. Wij hopen daarmee de taal en cultuur van de Tunayana en Katwena in de toekomst niet alleen in een museum te hoeven bekijken en beluisteren, maar ze ook echt bij de mensen te kunnen zien leven.

Roland Hemmauer, M.A.
Talen en culturen van Indiaans Amerika (TCIA)
Leiden University Centre for Linguistics (LUCL)
Postbus 9515
2300 RA Leiden
NEDERLAND
telefoon: +31 (0) 71 527 2207
r.hemmauer@let.leidenuniv.nlwebsite Roland Hemmauer

MAWAYANA

Mawayana is a moribund Arawakan language spoken in Kwamalasamutu, a predominantly Trio (Cariban) village, in the south of Suriname. There are at present three fluent speakers of Mawayana, all over 70 years of age, and four more who have a good passive knowledge of the language. The Mawayana speakers are bilingual in Mawayana and Waiwai (Cariban) since they lived among the Waiwai group in the neighbouring countries Guyana and Brazil. At present their day-to-day language in the Trio village is Trio. In the 1960s, these Mawayana speakers – three men and their wives and children – were brought to Suriname by an American missionary, Claude Leavitt, to help to evangelize the Trio and other native people of Suriname. When their task was done, they remained in Suriname, among the Trio, and their children’s children were raised speaking Trio, which quickly became the dominant language of the area.

The Mawayana ethnic community itself in Kwamalasamutu now comprises approximately 80 people. The oldest generation, that is, three of those original six Mawayana from Guyana, who were bilingual in Mawayana and Waiwai, all speak Mawayana among themselves; they speak Waiwai (and sometimes Mawayana) to the generation immediately below them, that is, those who are roughly between fifty and sixty years of age, including their children, and they speak Trio in their daily and intense interaction with the Trio and with the younger generations of Mawayana who are monolingual Trio speakers.

Already in the late 1950s – early 1960s ethnographers studying the Waiwai groups noticed the speed at which the Waiwai were absorbing the smaller groups such as the Mawayana; they predicted that the language of the Mawayana would disappear within a short period of time. This has happened in Guyana but apparently it was the migration of those few missionary Mawayana to Suriname that has saved the language thus far, making Kwamalasamutu the only Mawayana-speaking community of importance left. In contrast to other dying languages with such few speakers, the three remaining speakers are highly competent speakers who form a close-knit mini-speech community.


From left to right: Mauwiya, Saana, and her husband Yapoma in Kwamalasamutu, January 2004 (fot: Eithne B. Carlin)

THE “REDISCOVERY” OF MAWAYANA

It had generally been assumed, since the 1960s, that Mawayana no longer existed as a spoken language, and that it had been replaced by Waiwai. However, in 2001, while again in Kwamalasamutu after an absence of 3 years, I called in with the Mawayana, Yapoma and his wife Saana, to say hello and as we chatted a tarantula fell from one of the beams onto the floor beside us. There was a great flurry of excitement and Yapoma shouted at his wife to manoeuver the spider into the fire, “uwaa!a, uwaa!a!” he said, ‘burn it! Burn it!’ While they were both dealing with the spider the realization hit me that they were speaking Mawayana.

After the commotion had died down I asked if they had any stories they could tell me in Mawayana to which they answered “we have many many stories. You should write them down because our children don’t know our language now, nor our stories”. And so we started writing down the stories of the Mawayana, the “Frog-People”.

 The younger generation of Mawayana (foto: Eithne B. Carlin)

CONTACT AND COOPERATION WITH THE MAWAYANA COMMUNITY

Since starting my work with the Mawayana-speaking community, a great desire has arisen among these infomants and their children to have their (former) language documented and published in book form, thereby documenting in their own language, the former, pre-missionary way of life of this group of people. An intense consciousness has grown among them that this is the only chance left since the younger generations no longer speak the language. The informants themselves and their children realize that this work must be completed within the next one or two years given the old age of the speakers. All the informants, Mr. Yapoma, his wife, his brother and his wife have promised to help me in any way they can in order to complete this task.

In addition, Mawayana has become alive now in the eyes of the Trio who continually ask us “how do say xxx in Mawayana?” They repeat what we say and think this whole process hilarious. The fact that their language is being written down has given the Mawayana community a tremendous psychological boost.