Tags
An Impartial Description of Surinam Upon the Continent of Guiana America. George Warren. London: Printed by William Godbid for Nathaniel Brooke, 1667.
Er zijn in de Surinaamse boekenkast toch niet veel boeken te vinden die dateren uit de 17e eeuw. An Impartial Description of Surinam van George Warren verscheen in 1667, het jaar van de Vrede van Breda dat het einde van de Tweede Engels-Nederlandse oorlog markeerde. Bij die vrede werd afgesproken dat Nieuw-Amsterdam, het huidige New York, aan de Engelsen werd overgedragen en dat Suriname in Nederlandse handen bleef. Warren was een Engelsman die Suriname bezocht toen het nog in Engelse handen was.
De auteur een belangrijke ooggetuige uit de beginjaren van Suriname. Hij verbleef naar eigen zeggen drie jaar in de kolonie en vertrouwt zijn ervaringen, niet zonder gevaar voor zijn eigen leven, aan het papier toe. In zijn voorwoord schrijft hij dat de geneugten van warme landen hand in hand gaan met vele gevaren. Suriname is een dapper land met een zeer vruchtbare grond en aardige vrouwen.
Het boek omvat slechts 28 pagina’s en in verdeeld in tien hoofdstukken: over de rivieren; het klimaat en het land in het algemeen; de flora; het fruit; de handelswaar; de plantages; de vogels; de slaven; giftige en gevaarlijke dieren; en over de ‘indianen’. Warren steekt zijn verbazing niet onder stoelen of banken en verhaalt over vreemde dieren en planten. Zo beschrijft hij de ‘camel-fly’ die nadat deze een tijdje heeft geleefd op de grond terecht komt, wortel schiet en in een plant verandert.

titelpagina van 1e druk George Warren´s An Impartial Description of Surinam (1667)
Over de oorspronkelijke inwoners krijgen we een uitgebreide beschrijving voorgeschoteld. Misschien het meest opmerkelijk is de bereiding van een drank genaamd Perrinoe, die Warren omschrijft als , ‘truly good’. Deze ontstaat door cassavebrood zeer zwart te bakken. De oudste vrouwen en jonge kinderen (‘snotty nose Children’) kauwen dit en spugen het vervolgens uit in een kan. Dat laten ze even staan en zeven het brood er uit. Tenslotte worden gekauwde aardappelen toegevoegd en kan het na een aantal dagen gedronken worden.
Warren laat een bijzonder kritisch geluid horen over de behandeling van slaven. Van een goedkeurende of verzachtende toon als het gaat om slavernij, die we aan het eind van de 18e eeuw vaker tegenkomen, is hier geen sprake. Eerder getuigt zijn woordkeuze van cynisme (de slaven krijgen ‘as a great favour’ een beetje verrotte vis). Juist dit hoofdstuk over de slavernij in Suriname, speelt een belangrijke rol in de slechte reputatie die Suriname geniet als het om de behandeling van slaven gaat:
Of the Slaves: “Who are most brought out of Guinea in Africa to those parts, where they are sold like dogs, and no better esteem’d but for their work-sake, which they perform all the week, with the severest usages for the slightest fault, till Saturday afternoon, when they are allowed to dress their own gardens or plantations, having nothing but what they can produce from thence to live upon; unless perhaps once or twice a year, their masters vouchsafe them, as a great favour, a little rotten salt-fish: or if a cow or horse die of itself, they get roastmeat: their lodging is a hard board, and their black skins their covering.”
Warren’s boek is door een groot aantal auteurs geplagieerd. Aphra Behn (Oroonoko, 1688), Adriaan van Berkel (Amerikaansche voyagien, 1695) en vele anderen maakten dankbaar gebruik van zijn beschrijvingen van het land en de oorspronkelijke inwoners. Alleen al daarom verdient hij een bijzonder plekje in de Surinaamse bibliotheek. Helaas weten we over George Warren behalve zijn naam verder eigenlijk niks. Het boek is zeer zeldzaam (net als de Nederlandse vertaling uit 1669; alleen de Duitse vertaling uit 1673 is nóg zeldzamer). Af en toe wordt er een exemplaar geveild maar voor minder dan €1500,-mag u nergens op hopen.
Carl Haarnack