Edgar Cairo

 Edgar Cairo: 7 mei 1948 – 16 november 2000 (foto: Els Kirst)

“So mi wan’ dede: nanga grani f’opo!

Owr’owru nengre, sa kerfi na oedoe f’joe grebi.

Wan anaki san e fre opo!

Wan sonte-dongolobi, sa loekoe en ai kon a mi tapoe!

Dan doengroe sa fadon, jowe! A j’anoe mi didon so pi

sonte, mi daki f’doen…..groe

Mi alobi, sondro wan ekri ke,

sondro wan noti!

————-

Zo wil ik sterven: groots en glorieus!

Een stokoude neger, die mij het hout dat tot grafsteen zal dienen,

voorziet van een geheim motief, zijn inkerving!

Een vogel, anaki, zal opvliegen, met in zijn oog een liefdeblik, die mij wellicht zal overzien.

Dan zal er duisternis zijn, Jij die Alles bent voor ik er was! In jouw gevouwen armen zal ik liggen,

stil alleen…, misschien, mijn dak van duisternis!

Mijn liefde van het Al, zonder een zucht, zonder enig gegeven…”

(uit: Koewatra Djodjo. In de geest van mijn kultuur. Edgar Cairo. Haarlem: In de Knipscheer, 1979)

 

 

Het koffertje van Cairo

Het zal in de zomer van ’75 of ’76 geweest zijn. Ik was twaalf of dertien jaar oud. Edgar Cairo gaf een performance in De Meervaart. In het Osdorp van de jaren ’70 kon je alle Surinamers zonder enig probleem in een uurtje bezoeken. Bij de Pieter Callandlaan had je de Chin A Loi’s, bij de Osdorperban de familie Wilson en de Seedorfs bij de Ookmeerweg. Veel meer Surinamers telde Osdorp niet. Voorzover ik me het kan herinneren waren er op die dag helemaal geen Surinamers te bekennen. Edgar Cairo kwam voordragen uit eigen werk.

Cairo was een held, voor mij. Alleen al vanwege het feit dat hij op die dag, uitsluitend voor mij (althans, zo voelde het) Suriname in zijn koffertje naar De Meervaart kwam brengen. Zijn KLM-koffertje zat tjokvol met voor mij magische gedichten, ritmisch proza en een onverwerkt koloniaal verleden.

Tot die dag was Suriname iets dat tot het verleden behoorde. Mijn moeder vond het belangrijk dat haar kinderen ongemerkt een plekje vonden in de Nederlandse samenleving. Dat betekende iedere zondag naar de room-witte Hervormde Kerk in Sloten waar iedereen met een kleurtje nog een bezienswaardigheid was. Elke terugblik op het Surinaamse verleden vormde een obstakel bij dit assimilatieproces.

Edgar Cairo zong terwijl hij op een trommel roffelend de herinnering aan Suriname levend hield. Hij droeg gedichten voor waar ik misschien de helft niet van begreep. Maar wat ik wel intuïtief voelde: dit is een grote kunstenaar.

Edgar Cairo (1948-2000) overleed bijna tien jaar geleden. Hij wordt de creatiefste schrijver die Suriname ooit heeft voortgebracht genoemd. Hij heeft helaas nooit de erkenning en grani gekregen die hij verdiende. Nooit heeft hij een literaire prijs ontvangen, nooit is er iemand op Cairo’s werk gepromoveerd. Het wordt tijd dat we het koffertje van Cairo weer opendoen.

Carl Haarnack

Bibliografie:

Kopzorg : het verhaal van vader en zoon. Cairo, Edgar. Agathon, 1988.

Nyumane : roman over de geschiedenis van Afrika Cairo, Edgar. Agathon, 1986.

De doodsboodschapsvogel: Elzaro & Yorkafowru : een oraal koningsdrama. Cairo, Edgar. Zuid, 1986.

Kopzorg : het verhaal van vader en zoon. Cairo, Edgar. Agathon, 1988

Mi boto doro : romanwerk. Cairo, Edgar. In de Knipscheer, 1980.

‘Ik ga dood om jullie hoofd’. Cairo, Edgar. In de Knipscheer, 1980.

A nowtoe foe mi ai. Cairo, Edgar. In de Knipscheer, 1980.

Jeje Disi. Cairo, Edgar. In de Knipscheer, 1980.

Temekoe. Cairo, Edgar. In de knipscheer, 1979.

Koewatra djodjo. Cairo, Edgar. In de knipscheer, 1979.

Djari Cairo, Edgar / In de Knipscheer / 1978

Foe jowe disi. Cairo, Edgar. 1978.

Elzaro! Elzaro! ; Doodsboodschapsvogel : twee stuks theater Cairo, Edgar. 1978.

Ba Anansi woi! woi! woi! : die dood van Spin. Cairo, Edgar. Rotterdamse Kunststichting, 1978.

Adoebe-lobi. Cairo, Edgar. In de Knipscheer, 1977.

Kollektieve schuld of wel Famir’man-sani; Cairo, Edgar. Het Wereldvenster. 1976.

Suriname wie ben je? Cairo, Edgar. De Populier, 1976.

Brokositon : wan fasi foe bow istorsi pré : een historisch zang- en dansspel. Cairo, Edgar. Edgar Cairo, 1976.

Obja sa tan a brewa : nanga angalisa : met een analyse Cairo, Edgar. Edgar Cairo, 1975.

Kra : wan bondroe powema foe. Cairo, Edgar. Bureau Volkslektuur, 1970.

Temekoe. Cairo, Edgar. Bureau Volkslectuur, 1969.

Zij die liefhebben; Boek I: In onschuld, Teisteringen uit de jeugd der Kristuszoon. Cairo, Edgar Jezus / APUKU / 1989.

Zij die liefhebben ; Boek II: In onschuld, de gang der louteringen naar ontschanding. Cairo, Edgar Jezus / APUKU / 1989.

Hoogtezang. Cairo, Edgar / Apuku / 1988.

De Jezus Passion. Cairo, Edgar / Apuku / 1989.

Dante in motionaeii. Cairo, Edgar / Apuku / 1989.

Dat Boelgedicht. Edgar Cairo. Nijmegen: Homoseksuele Uitgeverij Nijmegen. 1980, First Edition. 8vo. 4 p. Charming homoerotic poem in Surinam Dutch, printed on green heavy paper in only 150 copies. Rare. 1980.

 

zie ook:

Indrukwekkend portret van Edgar Cairo