Tags

, ,

Hollands rijkdom, behelzende den oorsprong van den koophandel, en van de magt van dezen Staat; de toeneemende vermeerdering van deszelfs koophandel en scheepvaart. Elie Luzac. Leiden: bij Luzac en Van Damme, 1780-1783.

Gezicht op Paramaribo (18e eeuw)

Gezicht op Paramaribo (18e eeuw)

Elie Luzac (1721-1796) was behalve rechtsgeleerde ook schrijver, uitgever, boekdrukker en boekverkoper. Hij was afkomstig uit een familie van Hugenoten uit de buurt van Bergerac (Frankrijk) die aan het eind van de 17e eeuw naar Nederland vluchtte. De Hugenoten waren protestanten die vanwege hun geloof door koning Lodewijk de XIV, die het katholicisme als het enige ware christendom aanhing, vervolgd werden. Luzac gaf onder meer het werk uit van Voltaire, de schrijver en filosoof die in 1759 het beroemde Candide schreef. Het verhaal van Candide speelt zich voor een deel in Suriname af. Dit boek heeft de gedachte gevoed dat slaven in Suriname slechter behandeld werden dan in de kolonies van andere Europese mogendheden.

Candide ontmoet een Surinaamse slaaf (1759)

Maar Luzacs belang voor de Surinaamse geschiedschrijving gaat veel verder dan dit. In 1778 verscheen La richesse de la Hollande geschreven door Jacques Accarias de Sérionne. Luzac ‘vertaalde’ dit werk maar veranderde er zoveel aan dat de omvang verdrievoudigde. De Nederlandse uitgave, die dik 2400 pagina’s omvat, wordt beschouwd als de eerste volledige verhandeling over de handelsgeschiedenis van Nederland. En wie iets leest over de handelsgeest van de Nederlanders in de 17e en 18e eeuw weet dat Suriname nooit ver weg kan zijn.

Luzac begint zijn hoofdstuk over Suriname met de constatering dat de kolonie enige jaren geleden voor de Nederlandse scheepvaart en koophandel veel voordelen heeft opgeleverd maar dat nu (1780, ch) er zoveel over geklaagd wordt. Vervolgens passeert de geschiedenis van de Nederlandse aanwezigheid in het gebied de revue. Ook Abraham Crijnssen, die namens Zeeland in 1667 de kolonie op de Engelsen veroverde, ontbreekt niet. Hij voer onder Engelse vlag de Surinamerivier op en nam het Fort Willoughby in doopte deze om tot Fort Zeelandia. Hij dwong de ingezetenen en planters de eed van trouw aan de Staten van Zeeland af te leggen. Ook werd een ´brandschatting´ van honderd duizend pond suiker voor Zeeland gevorderd. Hiermee zou Suriname voor een periode van meer dan 300 jaar onder Nederlands gezag komen.

Elie Luzac (1721-1796)

De auteur schrijft uitvoerig over de beginperiode van het Nederlandse gezag over Suriname. Mogelijke aanvallen vanaf zee door Franse- of Engelse troepen vormden een permanent gevaar. In 1712 verschenen er een aantal Franse oorlogsschepen op de Surinamerivier die werden aangevoerd door de bevelhebber Cassard. De nam bezit van alle plantages die aan de Surinamerivier en de Para gelegen waren. Hij dreigde de kolonie te verwoesten door plundering en brandstichting. Dit gevaar werd afgewend doordat de kolonisten een forse brandschatting aan Cassard betaalden van fl.747.350,–

In 1683 waren er nog slechts 50 suikerplantages. Nog geen dertig jaar later is het aantal suikerplantages uitgebreid naar meer dan 200. Zo’n 12.000 slaven werken op de plantages en in de hoofdstad Paramaribo. De kolonisten en planters werden er toen al van beschuldigd ‘rijk en weelderig’ te leven. Maar vanaf het eerste uur was er sprake van marronage; het weglopen van slaven van de plantages. De slaven ontvluchtten het zware leven en de straffen op de plantages. Zij hielden zich schuil in de bossen maar om zichzelf in leven te houden overvielen zij vaak plantages en roofden voedsel, wapens, munitie en al het andere dat zij nodig hadden. Soms werden, zoals  bij de plundering van plantage Ridderback in de Commewijne, ook slaven meegenomen (waaronder vrouwen). Bij deze overvallen werden blanken maar soms ook slaven vermoord. Luzac schotelt ons gedetailleerde beschrijvingen van deze aanvallen van de marrons voor. Maar beschrijft hij ook de jacht die op hen gemaakt werd. Veelvuldig baseert de auteur zich op het boek van Hartsinck (1770).

Beschryving van Guiana, of de Wilde Kust, in Zuid-America.  J.J. Hartsinck. Amsterdam 1770.

Beschryving van Guiana, of de Wilde Kust, in Zuid-America. J.J. Hartsinck. Amsterdam 1770.

In het jaar 1762 was er sprake van maar liefst 425 plantages in de kolonie waarop gemiddeld 180 slaven werkten. Bij dit aantal van 76.500 slaven moeten nog de ca. 8000 slaven opgeteld worden die in Paramaribo woonden en werkten. Grote hoeveelheden suiker, koffie, cacao en katoen werden jaarlijks naar Nederland geëxporteerd. Men moet ook beseffen, schrijft Luzac, dat men vanuit Nederland zeker voor zo’n 50 miljoen guldens aan hypotheken verstrekt had aan de plantage-eigenaren in Suriname. In 1775 kwamen er in Paramaribo 54 schepen binnen waarvan er tien slaven aan boord hadden. In totaal vervoerden die schepen zo’n 2.356 slaven. Ca. 63 schepen verlieten dat jaar Suriname met aan boord 18 miljoen pond koffie, 15,2 miljoen pond suiker, 650.000 pond cacao en 150.000 pond katoen. Het belang en aanzien van deze kolonie was groot. Zo groot zelfs dat men het voordeel dat er behaald werd soms hoger werd geschat dan die van de koloniën in Oost-Indië. Voor iedereen die twijfelt aan het belang van de kolonie Suriname voor Hollands rijkdom is het boek van Elie Luzac verplichte kost.

Carl Haarnack

volledige titel:

Hollands rijkdom, behelzende den oorsprong van den koophandel, en van de magt van dezen Staat; de toeneemende vermeerdering van deszelfs koophandel en scheepvaart…; de oorzaaken, welke tot derzelver aanwas medegewerkt hebben; die, welke tegenwoordig tot derzelver verval strekken; mitsgaders de middelen, welke dezelven wederom zouden kunnen opbeuren, en tot hunnen voorigen bloei brengen / uit het Fransch vertaald ; vervolgens overgezien, merkelijk veranderd, vermeerderd, en van verscheiden misslagen gezuiverd, door Elias Luzac. Jacques Accarias de Sérionne (1706-1792). Elie Luzac (1721-1796). 1780-1783. Te Leyden : bij Luzac en Van Damme. Drukker: Luzac, Elie Leiden, 1744-1799. Auteur: Jacques Accarias de Sérionne. Vert. van: La richesse de la Hollande

zie ook: https://bukubooks.wordpress.com/2014/08/13/voltaire/